Tentoonstelling tijdens Open Stal
Tijdens de Open Stal 2021 tonen wij werk van beeldend kunstenaar Mike Schuyt, beeldend kunstenaar en drummer Han Bennink, Chiel Kleipool, Jos van den Berg en Cees van Ruuten.
Mike Schuyt, born in Amsterdam 1943, left school when he was 12, and became autodidact while travelling around the world. At the age of 20, he became a photographer. At 30, he met Joost Elffers an produced several books with him on art, architecture and games, including two major art exhibitions (anamorphic art in the Rijks Museum and Fantastic architecture in the Stedelijk Museum).
At 40, he met Edward James, Niki de Saint Phalle and Tinguely and for 4 years, lived and worked with Niki. When he met Ada Breedveld in 1998, she encouraged him to exhibit his objects From that time on, his work has been showed in Holland, USA and France. He is fascinated by wind, movements, lights and rusted iron.
The objects are mostly mobiles , lamps, paintings made with pigments, acrylics or rust and photographs of faces and movements for that he uses and creates rusted iron often covered partly with gold or silver leaves, stones shaped by nature and pigments from India and the Luberon. The lamps are made with rusted iron, Japanese paper or resin painted with acrylics. At the moment, he lives in the south of France at Mount Athos with 4 angels.
Han Bennink, muzikant en beeldend kunstenaar, werd geboren in 1942 in Zaandam als zoon van Anna Melk en Rein Bennink. In 1945 volgde broer Peter. Verhuisde in 1954 naar Hilversum waar Rein een vaste baan kreeg bij de omroep als slagwerker bij de Zaaiers en het Cosmopolitain Orkest. Anna werd daar politiek actief als gemeenteraadslid voor de PSP.
Op vijfjarige leeftijd begon Han met trommelen op een keukenstoel. Zijn vader gaf hem later beter materiaal en richtte de zolder voor hem in als speelruimte en atelier. Als hij moe was van het drummen ging hij tekenen en schilderen en vice versa. Altijd bezig. Ook was hij bedreven in zeilen en hockey.
Zijn eerste opname maakte hij met zijn vader op klarinet in de AVRO studio uitgebracht op een 78 toerenplaat, oplage 1 stuk. Ook speelde hij met zijn vader waar de gelegenheid zich maar voordeed, zelfs in de legerbasis La Coutine in Frankrijk.
Al snel ging hij als drummer zijn eigen weg, speelde bij het Pim Jacobs Trio, met Johnny Griffin en begon de samenwerking met Willem Breuker en Misha Mengelberg waaruit in 1967 de Instant Composers Pool (ICP) ontstond waarmee Han nog steeds speelt in binnen- en buiteland. Han speelde met Wes Montgomery, Eric Dolphy, Sonny Rollins, Nina Simone, Peter Brötzman, André van Duin, Percy Sledge, Dexter Gordon, Rita Corita, Derek Bailey, Evan Parker, Anneke Grönlo, Steve Lacy, Cecil Taylor, Pat Metheny, Piet Noordijk, Ray Anderson, Terrie Ex, Louis van Dijk, Uri Caine en vele anderen.
Tegelijkertijd studeerde Han aan de Kunstnijverheidsschool in Amsterdam, de huidige Rietveld Academie, waar hij als graficus cum laude is afgestudeerd in 1964. Han maakt objecten, assemblages en collages van overwegend gevonden voorwerpen. Het enige kunstschilder materiaal dat Han gebruikt is papier, pennen, potloden, inkt en waterverf voor zijn tekeningen en bewerkingen.
De hoezen van LP’s en CD’s van zijn opnamen ontwerpt Han zelf. Inmiddels zijn de originele exemplaren van de eerste ICP LP kostbare collectors items geworden.
Han exposeerde in talloze musea en galeries, waaronder het Stedelijk Museum in Amsterdam, Het Goois Museum in Hilversum, het Gemeentemuseum in Den Haag, Het Design Museum in Londen, Akademie der Künste in Berlijn, Museum Bevédère in Oranjewoud en Museum Kranenburgh in Bergen.
Voor Sena, de rechtenorganisatie voor podiumkunstenaars, ontwierp Han verschillende trofeeën: het ‘Gouden Slifje’ voor de jonge meest veelbelovende jazzdrummer van het jaar, ‘De Gouden Notenkraker’ voor toonaangevende musici of ensembles en de ‘Humble Hero Award’ voor de vaak onzichtbare sessiemuzikant die zijn stempel heeft weten te drukken.
Han won zelf o.a. de Wessel Ilcken prijs, voorloper van de Boy Edgar prijs, de European Jazz Prize, Kunstpreis der Stadt Berlin, Bird Award Norths Sea Jazz Festival, Lifetime Achievement Award Cairo Jazz Festival, de Skoda Jazz Award Jazz Ahead Bremen en een Edison voor de ICP Complete Boxed Catalogue.
Twee documentaires zijn er over Han gemaakt ‘De Bezetene’ door Trino Flothuis en ‘Hazentijd’ door Jelly Dekker. Erik van den Berg schreef zijn biografie ‘De Wereld als Trommel’ en Irma Boom ontwierp het boek over en met zijn beeldende kunst ‘HANBENnInK’.
Han maakt naast het ICP orkest deel uit van het duo met klarinettist Joris Roelofs, het duo met pianist Guus Janssen, het ICP trio met Wolter Wierbos en Ernst Glerum, The Quartet.NL met Peter Beets, Ernst Glerum en Benjamin Herman, heeft zijn eigen Han Bennink Trio met pianist Simon Toldam en klarinettist Joachim Badenhorst en speelt inmiddels met de derde generatie jazzmuzikanten.
Han combineert muziek en beeldende kunst nog steeds. In de periodes dat hij vrij is van de muziek en niet op pad hoeft ontspruiten steeds weer nieuwe ideeën en worden assemblages in elkaar gezet en nieuwe hoezen ontworpen.
Cees van Rutten studied graphic design at the Royal Academy of Art in The Hague. His predilection for bright rhythmic structures comes unmistakably forward; the plane, rhythmically distributed, with a fascinating play of light and shadow, articulated in regular forms of stacked figures. Van Rutten likes subtle contrasts between regularity and distortions, between tight and frayed, tough and fragile, between smooth and rough, cut and torn. His work is of great simplicity. The art historian is inclined to look for schools in which the objects could fit and will refer to colleagues such as Jan Schoonhoven and Ad Dekkers, movements such as Nul or Zero. Movements that are characterized by a formal and distant impersonality, something you can not say about the work of Van Rutten. His interest in disruption and distortion, the ripple in the frequency, makes his work rather very personal and gives it a poetic dimension.
Op zijn werk valt niet zo makkelijk een etiket te plakken. Het te plaatsen in de traditie van de Amerikaanse action painting is iets te gemakkelijk. De mythe van het zogenaamde schilderbeest is al eerder ontmaskerd. “Stijlloosheid” is in het geval van Jos van den Berg een eretitel. Zijn belangstelling is veel breder dan alleen die van de abstract-expressionisten. Op een bijna gulzige manier absorbeert Jos alles wat hij tegenkomt, omdat vervolgens op gulle wijze terug te geven aan zijn publiek. Hij is de romanticus die van alle aspecten van het leven houdt en dat allemaal wil delen. Wanneer hij begint te schilderen kiest hij zijn thema intuïtief.Gaandeweg het proces verandert dat thema nog vele malen. Ieder moment is een keuzemoment. Hij werkt in ruige kwast- en messtreken, in stapelingen van lagen. Hij verwerkt karton, papier, textiel, zilver- en koperfolies, bladgoud, dat ook rustig onder een laag verf verdwijnt. Hij krast in de verf om onderliggende flinters van kleur weer tevoorschijn te halen.Zijn liefde voor etnische kunst is terug te zien in zijn vormen en kleurgebruik. De werelden van Papua en andere gebieden in Zuid Oost Azië en Zuid Afrika heeft hij veelvuldig geschilderd. Maar ook dichter bij huis: wanordelijke interieurs, pioenrozen, landschappen, exotische vogels, steden, de kosmos, rotstekeningen. Hij haalt inspiratie uit de sterrenkunde of neurowetenschappen.
Stijl, kleurgebruik, thematiek: alle is van een enorme veelzijdigheid. De weigering om een definitieve keuze te maken.”